Een ‘uitsterfbeleid’ is voor de gemeente Rotterdam de enige optie voor de woonboten in bedrijvengebied Spaanse Polder in Overschie. Dat is wat de zeven overgebleven booteigenaren te horen hebben gekregen van de wethouder Wonen, Bas Kurvers (VVD).
Ooit lagen er meer dan dertig woonarken in de Spaanse Polder. Nu zijn ze op twee handen te tellen, nog bewoond of inmiddels verlaten. Ze liggen ingeklemd tussen de bedrijfsloodsen en passen niet in het bestemmingsplan. Over de toekomst van de boten wordt al vele jaren gediscussieerd.
Een belofte was dat de bewoners als groep een nieuwe plek zouden krijgen achter voormalig scheepswerf De Hoop in Schiedam. Snoeck Henkemans: “De planning was dat daar twintig boten zouden komen liggen; een mooie nieuwe plek voor Rotterdammers die graag op het water willen wonen. Er moest dan wel een stukje grond van Schiedam worden overgedragen, maar dat lag klaar en zou allemaal gebeuren. Dus dat was een heel vergevorderd plan, maar de gemeente heeft besloten dat dat te duur is.”
Gezellig, stil en rustig
Voor de eigenaren maakt het niet uit, verhuizen is goed, maar ze willen ook best blijven waar ze nu zijn, alleen niet in de uitsterfconstructie. Femke de Geus: “De ideale oplossing is vooral de meest haalbare, snelle oplossing. En als dat zou zijn hier blijven liggen ín het bestemmingsplan, zijn we daar hartstikke blij mee. We hebben het gezellig met elkaar, met de buren. En we zitten hier wel tussen bedrijven, maar op de momenten dat wij vrij zijn, ’s avonds en in het weekend, zijn die bedrijven dicht. Dus hebben we er geen last van, dan is het hier heel stil en rustig.”
Volgens de bewoners en de gebiedscommissie is het woord nu aan de gemeenteraad van Rotterdam. De Geus over de vraag of de woonbooteigenaren luidruchtig actie gaan voeren op het stadhuis: “Ik ben op dit moment nog heel netjes bezig met mailtjes sturen, maar misschien is het een idee, inderdaad: met spandoeken op de barricades.”